Acute diarree duurt tot 14 dagen en is meestal een heftige reactie van het lichaam op invasie van bacteriën, virussen of schimmels, of op vergiftiging met giftige stoffen. Maar ook psychologische factoren zoals stress kunnen acute diarree veroorzaken. Ontdek wat acute diarree veroorzaakt en of het gevaarlijker is dan chronische diarree.
Acute diarree , ongeacht watveroorzaakt , duurt tot 14 dagen. Gedurende deze tijd passeert de patiënt binnen 24 uur meer dan 3 dunne ontlasting, soms zelfs met bloed, slijm of pus. De meest voorkomende oorzaken van acute diarree zijn meestal virale of bacteriële infecties, een gevolg van slechte hygiëne.
Acute (plotselinge) diarree: oorzaken
Acute diarree door infectie
De belangrijkste oorzaak van acute diarree is het niet naleven van de basisregels voor persoonlijke hygiëne - onregelmatig handen wassen, het eten van ongewassen fruit, groenten en drinkwater dat besmet is met pathogene bacteriën. Bacteriën passeren, nadat ze het lichaam zijn binnengekomen, de barrière in het spijsverteringskanaal, dat maagsap is, en komen de dunne darm binnen, waar ze zich vermenigvuldigen. De bacteriën beschadigen vervolgens de darmepitheelcellen, waardoor de opname van glucose en natrium wordt verminderd. Dergelijke diarree is de afweerreactie van het lichaam op een aanval door giftige stoffen. Door meer ontlasting te krijgen, verwijdert het lichaam systematisch schadelijke gif.webpstoffen.
- virale infecties - rotavirussen, norovirussen en adenovirussen;
- bacteriële infecties - stafylokokken, coliforme bacteriën (E. coli), buiktyfus, salmonella en dysenterie;
- werking van bacteriële toxines (bijv. Staphylococcus enterotoxine) en schimmeltoxines die soms voedsel besmetten
- parasitaire infecties ( Giardia, Entoameba, Microsporum ) - we raken meestal besmet door contact met een andere persoon of via het spijsverteringskanaal, daarom zijn parasitaire invasies niet gebruikelijk in ontwikkelde landen.
Acute niet-infectieuze diarree
- medicijnen: antibiotica, antihypertensiva (converterende enzymremmers, diuretica), niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen, antidepressiva (SSRI's), geneesmiddelen die maagzuur verminderen, metformine (oraal antidiabetica);
- voedselintolerantie, bijv. intolerantielactose- of glutenintolerantie, d.w.z. coeliakie;
- inflammatoire darmaandoeningen, bijv. de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, acute diverticulitis, prikkelbare darm syndroom